"Hoeveel kinderen heb je?"

Zo dat is ‘m. Recht in je gezicht. Een onschuldige, maar o zo lastige vraag. Regelmatig wordt-ie uit belangstelling gesteld. Zonder enige voorkennis, want ‘men’ zou eens moeten weten. Maar mogen ze het weten? Dat is de volgende vraag. Wil je dat zij weten dat jij je kind verloren hebt? Niet altijd. De caissière – en de mensen achter je in de rij – hebben er niets mee te maken, maar de schooldirectie en de leerkrachten moeten het juist weten. Soms is je antwoord recht voor z’n raap. En soms draai je om de hete brei heen, omdat het écht niet het moment is om te vertellen. Maar dat is bikkelhard.

 

“Je wilt dat de dood van je kind er altijd mag zijn”, vertelt Laura Ploegmakers. “Wij praten graag over Sven, want hij er hoort erbij. Maar het kan niet altijd.” “Om ongemakkelijke situaties te voorkomen en om jezelf te beschermen, is het soms beter om het te verhullen”, vult haar man Dirk aan. “Al heb ik me daar behoorlijk schuldig om gevoeld. Zeker in het begin.”

 

De jongste is drie

Laura en haar man Dirk verloren hun zoon Sven zo’n zes jaar geleden. Hij was toen anderhalf. Later kreeg Sven een zusje en een broertje: de 4-jarige Maud en Lars die nu drie is. Hun ouders’ antwoord op de rotvraag ‘hoeveel kinderen heb je?’ zou dus ‘drie’ zijn. Dirk: “Maar zo letterlijk zeg ik het langer niet altijd, want als je dat verteld willen mensen ook weten hoe oud ze zijn. En dan ontkom ik er niet aan om te vertellen dat Sven de oudste is en ook weer niet. Het is heel dubbel. Weet je wat ik vaak zeg? ‘Ik heb er drie en de jongste is drie.’ Dan kunnen we daarna door naar het volgende onderwerp.”

 

Tijdens vluchtige straatgesprekken (van die conversaties die eigenlijk altijd oppervlakkig blijven) vermijdt het echtpaar het gespreksthema liever. Want de naakte waarheid maakt het voor geen van beiden eenvoudig. “Men verwacht het niet”, herkent Laura de ongemakkelijke situaties. “Dan valt er een stilte of proberen mensen het te relativeren door een vergelijking te maken met iets dat zij zelf hebben meegemaakt. Zelfs als het om een miskraam bij de zus van de achterbuurvrouw gaat. Daar zit ik niet op te wachten. Bovendien, ik wil mijn verdriet niet met Jan en alleman delen.”

 

Bereid jezelf en anderen voor

Als Dirk en Laura met familie, vrienden of kennissen zijn, willen ze dat zijn naam juist genoemd wordt. Zodat herinneringen levend blijven. Ook op plekken waar ze regelmatig komen, weet men van het verlies van hun kind en is het absoluut bespreekbaar. Laura vervolgt: “Ik heb het wel eens uitgesteld bij de naailes die ik met vele jonge moeders volgde. Ik vond het moeilijk om over de dood van Sven te vertellen en kreeg er zelfs hoofdpijn van. Nadat ik het alsnog gedeeld had, was ik enorm opgelucht.”

 

De drempel werd alsmaar hoger, terwijl het achteraf allemaal zo simpel is. “Je weet dat het er een keer van moet komen, dus denk van tevoren na over hoe je het aan gaat pakken”, adviseert Dirk. Laura heeft ervan geleerd en zorgt ervoor dat het haar niet nog een keer overkomt. “Toen ik aan zwangerschapsgym begon, heb ik de praktijk gebeld en ons verhaal verteld. Voordat de eerste les startte.”

 

Een verhuizing; en nu?

Binnenkort gaan ze nog vaak die ene vraag voorgeschoteld krijgen. En gaan ze nog regelmatig een plan van aanpak maken. Het gezin gaat namelijk verhuizen. Een nieuwe buurt, een andere school voor Maud, Lars wisselt van kinderdagverblijf en Dirk is onlangs gestart bij zijn nieuwe werkgever. Spanning? Nee, het stel weet al hoe ze het gaan doen. “De mensen die we gaan leren kennen, mogen allemaal weten dat Sven is overleden. En soms zeggen we ook op welke manier dat wij hopen dat zij ermee om gaan. De juf van Maud hoeft het bijvoorbeeld niet heel erg voor haar te vinden. Dat is het niet. Maud leidt een heerlijk kinderleven en dat mag zo blijven. We geven de juf ook tips om het onderwerp bespreekbaar te maken. Laat Maud vertellen wat leuk is aan ‘zo’n broertje’, want op de sterf- en geboortedag van Sven gaan we altijd iets gezelligs doen. Naar de dierentuin bijvoorbeeld.”

 

Doe wat goed voelt

Laura en Dirk weten dat veel andere ouders met dezelfde vragen en vergelijkbare situaties te maken krijgen. Tijdens de landelijke dag is het regelmatig onderwerp van gesprek. De twee hopen hen met hun verhaal te helpen. “Doe vooral wat goed voelt”, besluiten zij.

 

Meer verhalen

Stichting Wiegedood gebruikt cookies voor het analyseren van bezoekersgedrag.